Nou ja, vooruit. Nog één voorproefje dan.
Het eerste hoofdstuk.
‘Het was op de dag dat God zelf zijn levenswerk van een naam voorzag. Met wollige, witte letters schreef hij hem op het hemelsblauwe doek, onder het voortbrengen van het zacht brommende geluid van een vlieg, gevangen tussen de vitrage en het raam van het zomerhuisje. We lagen in de kom van een duin, op onze rug in het warme zand, schermden met een hand onze ogen af tegen de zon en keken toe hoe de letters aan de wolkenloze hemel verschenen, een voor een, met sierlijke rondingen: Lexington.’
>lees verder