De afgelopen dagen buitelden de analyses na de overwinning van Donald Trump over elkaar heen. Geuit door mensen die dit beroepsmatig doen, in de krant en op radio en tv, en door mensen die dat uit bezorgdheid, interesse en passie doen, bij de koffieautomaat, in de huiskamer of op social media.
Het is een terugkerende, bijna rituele reactie die daarbij optreedt. Naast de euforie bij sommige groepen en de onheilsprofetieën van anderen, valt mij elke keer de gewillige vlucht in zelfkastijding op van de beroepsgroepen die er hun werk van hebben gemaakt om politiek te bedrijven of die te volgen, te verslaan en te becommentariëren. Elke keer weer moest ik na dinsdag lezen en horen hoe een vergeten groep van slachtoffers de gevestigde orde hardhandig had wakker geschud. Reacties waarin niet alleen begrip doorklonk, maar vooral ook een kritische zelfanalyse en een zelfverwijt dat aan kastijding raakte. Dat alles samenkomend en culminerend in dat ene woord dat steeds weer opklonk: de elite.
‘Het volk had de elite een afstraffing gegeven.’ Hoe het komt dat iedereen dit ‘frame’, zoals dat tegenwoordig wel wordt genoemd, zo gewillig overneemt, is een interessant onderwerp voor een discussie, maar bij mij wekt het een allergische reactie op. Ik zal uitleggen hoe dat komt.
Ik behoor tot een van die naoorlogse generaties waarvan de leden het stuk voor stuk beter hebben dan hun ouders ooit hebben gehad. Zowel waar het welvaart als welzijn betreft. Ons inkomen is gestegen, we worden stukken ouder, wonen in betere huizen, zijn gezonder, hebben een onbelemmerde en onbegrensde toegang tot informatie waarvan onze ouders niet van hadden kunnen dromen, en het aantal studenten op hoge school en universiteit is nog nooit zo hoog geweest. We zijn zo doorvoed dat overgewicht onze grootste bedreiging is, als reactie waarop een nieuwe ziekte als orthorexia, de ziekelijke fixatie op gezond eten, zich aandient. Over luxe gesproken.
Ook mondiaal gezien staat de wereld er beter voor dan ooit. Het menselijk ras beleeft de grootste welvaart uit zijn geschiedenis. Zowel waar het gezondheid, rijkdom, vrijheid, veiligheid, voeding als onderwijs betreft. Het is een nuancering en een perspectief dat blijkbaar keer op keer aangebracht moet worden. Zoals we ook gemakshalve vergeten dat de VS tot die schokkende uitslag van afgelopen dinsdag acht jaar lang een gekleurde president heeft gehad. Houd dat eens naast de mensen die op hem stemden en die 50 jaar daarvoor nog in een land woonden dat segregatie kende.
Om het verwijt weg te nemen dat ik beweer dat onze huidige samenleving perfect is en de hele wereld koek en ei: nee, dat is het niet en dat zal het waarschijnlijk nooit zijn, maar ik weiger mee te gaan in de analyse dat het alsmaar slechter wordt. Dat is simpelweg niet waar, net zomin als het waar is dat er in deze ontwikkeling ten goede een groep is die achterblijft en stelselmatig genegeerd en vergeten wordt.
Ik houd niet van de term ‘onderbuik’ en al helemaal niet als men zegt dat er ‘met de onderbuik wordt gestemd’. Het suggereert een tegenstelling die er niet is. Niet in bevolkingsgroepen (de een doet het wel en de ander doet het niet) en niet in tijd (tegenwoordig doet men het wel en vroeger deed men het niet). Afgezien van een uiterst kleine groep mensen die na een grondige analyse van de partijprogramma’s de stem uitbrengt, stemt iedereen vanuit een gevoel. Naast de aantrekkingskracht van personen, een niet te onderschatten factor, gaat het dan vooral om het gevoel er beter van te willen worden. Zelf, het gezin, onze verwanten, onze stam. Zo was het vroeger, zo is het nu en zo zal het altijd zijn. Als het goed is voegt zich bij die drijfveer een andere gedachte, die zoiets luidt als: ‘zonder dat het ten koste van anderen gaat’. Deze nuancering is misschien afkomstig uit ons empathisch vermogen, onze moraal, of gewoon aangeleerd door opvoeding en onderwijs.
Dit is niet uitsluitend het geval bij stemmen, maar bij al ons gedrag in het sociaal en maatschappelijk verkeer. Ontbreekt die tweede stem en dringen wij voor, snijden wij af, nemen wij zelf het grootste stukje taart of stelen wij een tas, dan noemen wij dat een gebrek aan fatsoen of hufterigheid. Tenzij iemands mentale onvermogen er de oorzaak van is.
Als ons stemgedrag uitsluitend wordt bepaald door onze drijfveer om er zelf beter van te worden, ongeacht of dat ten koste van anderen gaat, dan past ook daar mijns inziens maar één kwalificatie en wel dezelfde: hufterigheid. Tenzij iemands mentale onvermogen er de oorzaak van is.
Kom bij mij niet aan met woorden als ‘het volk’ en ‘de elite’ of met het zelfverwijt dat ‘wij als elite het volk niet genoeg hebben gehoord’. Ik durf te beweren dat het tegendeel waar is. Het geluid van ontevredenen, slachtoffers, ongelukkigen, misdeelden, wordt in ruime mate en meer dan ooit gehoord. In de krant, op tv, de radio en internet. Zoveel dat het andere geluiden overstemt.
Ik schreef laatst dat de woorden ‘horen’ en ‘luisteren naar’ de laatste vijftien jaar een andere betekenis hebben gekregen. Van een tamelijk neutraal ‘(aandachtig) waarnemen met de oren’ heeft het de betekenis ‘doen wat wordt gezegd’ gekregen. Eerst bij degenen die hun stem lieten horen en vonden dat de ander verplicht was om aan hun stem gehoor te geven en dus te doen wat werd gezegd, maar de laatste jaren ook steeds meer bij hen die hiernaar luisterden en hierop reageerden.
‘You can’t always get what you want’: de ironie wil dat Trump met dit nummer van de Stones zijn overwinning vierde. Dat er naar je wordt geluisterd, wil nog niet zeggen dat je krijgt wat je wilt. De werkelijkheid is niet zo “on demand” als vele diensten, media en voorzieningen dat tegenwoordig wel zijn. Te krijgen wat je wilt vergt heel hard werken en soms de barricaden op gaan. Onze ouders wisten daar over mee te praten. En wij zijn het levende bewijs van hun succes.
Het probleem dat er wel is, want dat is er, is dat het verlangen erop vooruit te gaan, zich niet meer hecht aan een ideologie. De ideologie van de arbeidersbeweging, het socialisme, het liberalisme of het christendom. De enige ideologie die die binding nog wel tot stand lijkt te kunnen brengen, lijkt de militante islam. Voor het overige zweeft die drijfveer nu bandeloos rondt. Waar hij vroeger werd gekanaliseerd door bewegingen en partijen, stroomt hij nu woest stromend zonder bedding over het land. Niet tegengesproken door de stem van ons fatsoen, met een minachting voor autoriteiten op welk terrein dan ook en zich niet storend aan waarheid en werkelijkheid.
De opdracht voor politici, denkers, wetenschappers en opinieleiders is om tot een verhaal te komen dat het verlangen van mensen om er beter van te worden weer vangt. Met inbegrip van die stem die zegt dat dit nooit ten koste van anderen mag gaan.
Ha Renee, ik ben blij, dat er nog mensen zijn, die waarnemen, analyseren en nadenken en de nuance aanbrengen. Kost moeite , maar dan heb je ook wat!
groet, Frits.